Oefeningen voor de pericard en de dunne darm meridiaan
Om te beginnen is de oefening op onderstaand plaatje heel lekker. Deze komt uit de Zhineng Qigong.
Je strekt je armen, zonder kracht, en je stelt je voor dat ze steeds verder naar buiten gaan. Flex vervolgens je handpalmen en draai ze naar voren, naar boven, naar achteren en naar onderen. En weer terug. Zo vaak als goed voelt. Op deze manier strek je alle meridianen die door de armen lopen.
De Dunne darm meridiaan
Deze meridiaan helpt je om zuiver van onzuiver te scheiden, voor een helder zicht en focus.
De Dunne darm meridiaan heeft zijn verloop vanaf de pink, langs de buitenkant van je arm, tussen de 2 botten van je elleboog door omhoog, over het schouderblad omhoog langs de hals en eindigt in een groefje voor het oor.
Met onderstaande oefeningen strek en voed je deze meridiaan.
Begin met het eerste plaatje, en begin met die kant die het makkelijkste gaat. Trek voor meer ruimte zachtjes met je andere hand aan de elleboog. Lukt dit goed? Dan kun je proberen of het lukt zoals op het tweede plaatje. Mocht je de handen niet bij elkaar krijgen, dan kun je ook een handdoek gebruiken. Geen probleem.
Denk er aan:
ga nooit met kracht te werk maar met intentie en ga nooit over je grenzen.
Alles is goed zoals het is. Mocht het moeilijk voor je zijn of voel je weerstand bij deze oefening, vraag jezelf dan eens:
De pericard meridiaan
Deze meridiaan beschermt het hart. Het is een buffer of lijfwacht, die er voor zorgt dat prikkels en informatie niet direct bij het hart komen en daar onrust veroorzaken.
Deze meridiaan begint een duimbreed naaste de tepel en loopt recht naar boven tot aan de oksel. Van hieruit volgt hij de brede borstspier en vervolgens loopt hij vrijwel in het midden aan de binnenkant van de arm en eindigt in de middelvinger.
De pericard is onze hartbeschermer. Daarom is onderstaande oefening zo mooi. Bovendien geef je zo ook nog eens ruimte aan een stukje dunne darm meridiaan.
Je gaat zitten in kleermakerzit laat je benen naar buiten vallen zover als ze komen. Dwing niets af, je knieën moeten niet aan de grond. Daarna sla je de armen naar voren en om elkaar heen en buig je het lichaam naar voren. Weer geldt: je komt zover je komt. Geef het tijd. Probeer te ontspannen en bij iedere uitademing zak je iets meer naar beneden.
Gaat dit heel moeilijk dan kun je ook gewoon je armen om je heen slaan.
Heb je het gevoel dat je hart wel iets meer ruimte mag krijgen, iets meer vreugde mag voelen, dan kun je je hart ook openen. Heel eenvoudig: Strek je uit, maak ruimte en voel de vreugde!